Staatsrecht - Samenvatting beknopt week 1-7 - Week 1 Een staat is een organisatie die: - effectief - Studeersnel (2024)

Samenvatting beknopt week 1-7

Vak

Staatsrecht 1 (RGPST00105)

999+Documenten

Studenten deelden 1127 documenten in dit vak

Universiteit

Rijksuniversiteit Groningen

Studiejaar: 2023/2024

Boeken in lijstBeginselen van het Nederlandse StaatsrechtBeginselen van het Nederlands staatsrecht

Geüpload door:

Rijksuniversiteit Groningen

0volgers

4Uploads0upvotes

Aanbevolen voor jou

  • 92Samenvatting Beginselen van het Nederlandse Staatsrecht Staatsrecht 1Samenvattingen97% (173)
  • 27Samenvatting Beginselen van het Nederlandse Staatsrecht Hoofdstuk 1-18Staatsrecht 1Samenvattingen100% (13)
  • 50Samenvatting Beginselen van het Nederlandse Staatsrecht Staatsrecht 1Samenvattingen100% (9)
  • 32Samenvatting staatsrechtStaatsrecht 1Samenvattingen100% (7)
  • 5Samenvatting Staatsrecht 1: - Beknopte samenvatting staatsrechtStaatsrecht 1Samenvattingen100% (5)

Reacties

inloggen of registreren om een reactie te plaatsen.

Preview tekst

Week 1

Een staat is een organisatie die: - effectief gezag van een overheidsorganisatie - gemeenschap van mensen - bepaald grondgebied^geen vereistenRigid constitution:Elk land heeft een constitutie, dit is een vereiste om gezag uit te voerenNiet elk land heeft een grondwet, bv Engeland.Constitutie = het geheel aan regels in een staat.Grondwet = een onderdeel van de constitutieMachiavelli: grondlegger op het gebied van leiderschap. ➔ De vorst is een symbool van de staat. ➔ De vorst gebruikt macht voor orde, vrede en eenheid en niet voor persoonlijk gewin.John Locke: de individu is van nature vrij, dus het gezag van de overheid moetniet zomaar worden aanvaard. Soevereine vorst zorgt voor veiligheid. Wanneer ergeen veiligheid is, moet de vorst weg. ➔ Sociaal contract ➔ ‘by nature free’, wat zorgt voor chaosRousseau: sociaal contract: volkssoevereiniteit.Montesquieu: machtenscheiding, trias politicaIn Nederland hebben wij geen zuivere machtenscheiding:Gecentraliseerde eenheidsstaat: 1 grondwetGedecentraliseerde staat: 1 grondwet met meerdere territorialeoverheidsverbanden met zelfstandige bevoegdheden. > NederlandFederale staat: deelstaten met overkoepelende grondwet, maar deze hebbenook nog een eigen Grondwet.Democratie: ● Verkiezingen ○ Vrij & geheim ○ Actief & passief kiesrecht ● Machtswisseling ○ Termijn verkozenen ○ Niet altijd dezelfde personen ● Parlement centrale rol ○ Beslissende stem wetgevingRechtsstaat

Legaliteitsbeginsel: geen overheidshandelen zonder wettelijke grondslag. Hetlegaliteitsbeginsel is niet gecodificeerd. Strafrechtelijk legaliteitsbeginsel wel. - Verbod van willekeur - Rechtszekerheid - Terugwerkende krachtDemocratische rechtsstaat: ➔ Legaliteitsbeginsel ➔ Machtenscheiding (wetgevend, uitvoerend, rechtsprekend) ➔ Grondrechten ➔ Onafhankelijke rechter (de rechter staat los van de partijen, mag zonder consequenties uitspraken doen: rechters worden voor het leven benoemd)Geen macht zonder controle!Art. 57 Gw: uitdrukking van machtenscheiding.Politieke verantwoordingsplicht: politici moet zich verantwoorden tegenoverhet parlement. De regering regeert, het parlement controleert. Het bestuur moetinlichtingen verstrekken en mag een debat met de volksvertegenwoordiging nietontwijken. Bij verlies van vertrouwen opstappen (vertrouwensregel). Er is sprakevan verantwoordingsplicht per bestuurslaag.Preventief toezicht: vooraf vraagt een lager bestuursorgaan goedkeuring bij eenhoger orgaan.Repressief toezicht: achteraf kan er een beslissing van een lager orgaanongedaan gemaakt worden.Rechtsstaat = een staat waarvan de organisatie erop gericht is dat burgersworden beschermd tegen machtsmisbruik van de overheid.Burgerinitiatief: voorstel om het op de agenda van de Tweede Kamer te krijgen.

Week 2

Bronnen van het staatsrecht: nationale & internationale bronnen.Geschiedenis van de grondwet: ● Unie van Utrecht (1579): eerste gw, verdrag tussen gewesten als bondgenootschap tegen de Spanjaarden. ● Staatsregeling van het Bataafsche Volk (1798): voor het eerst volkssoevereiniteit. ● 1815: grondwet voor Koninkrijk der Nederlanden als gevolg van het Congres van Wenen. ● 1840: strafrechtelijke ministeriële verantwoordelijkheid. ● 1848: politieke ministeriële verantwoordelijkheid ministers. ● 1887/1917/1922: algemeen kiesrecht.

  • Lid europese raad
  • Eerste onder gelijken, andere ministers zijn niet ondergeschikt maar hij is wel leider.
  • Beslissende stemStaatssecretarissen:
  • Sinds 1948 ondersteuning van de minister (46 GW)
  • Ondergeschikt aan minister
  • Afhankelijkheidsrelatie: biedt ook ontslag aan als minister aftreedt(gewoonterecht)
  • Plaatsvervanger minister, maar nooit echt stemrecht in de ministerraad.
  • Politieke verantwoordelijkheidKoninklijk besluit:
  • Ondertekend door koning
  • Contraseign: ondertekend door minister/staatssecretaris vanwegeverantwoordelijkheidskwestie.AMVB:
  • Koninklijk besluit (89 lid 1 GW) met meer formaliteiten dan klein koninklijkbesluit.
  • Is een avv: herhaaldelijk toepasbaar die de burgers/overheid bindt.
  • Moet in staatsblad worden gepubliceerd
  • Art. 73 GW: adviesorgaan Raad van State moet worden gehoordStaten-GeneraalBestaat uit de EK en de TK en is ex art. 50 GW de vertegenwoordiging van hethele Nederlandse volk. Gelijkwaardig maar TK heeft het recht van initiatief venhet recht van amendement (wijzigen), EK niet.Tweede KamerTelt 150 leden, rechtstreeks gekozen voor in principe 4 jaar.Art. 56 GW: passief kiesrechtBelangrijk voor checks and balances.Onafhankelijk,Kiesstelsel: evenredige vertegenwoordiging & meerderheidsstelselStelsel van evenredige vertegenwoordigingVoordeel: streeft naar gelijkheid door afspiegeling van de verkiezingNadeel: veel kleine partijenZetelverdeling:Alle stemmen : aantal zetels = aantal stemmen die je nodig hebt om een zetel tekrijgen.

1840: invoering contraseign en strafrechtelijke verantwoordelijkheid. Thorbeckevond dat het parlement nog meer macht moest krijgen.Luxemburgse kwestie = vertrouwensregel: vertrouwen genieten van demeerderheid van het parlement. Dit zal kenbaar worden gemaakt via eennegatieve motie van wantrouwen, die aangenomen moet worden door de kamer.Dan zal de minister naderhand ontslag moeten indienen.Er bestaat ook een positieve motie van wantrouwen (motie van vertrouwen),maar die bestaat in Nederland niet.Art 42 Gw: ministeriële verantwoordelijkheid.Geheim van Huis ten Bosch/Noordeinde: interne verhoudingen tussen koning enregering.Dualisme van regering en volksvertegenwoordiging: afzonderlijke bevoegdhedendie gelijk aan elkaar staan. Kabinetsleden mogen geen lid zijn van SG (tenzijdemissionair).Parlementair meerderheidskabinet: partijen met meerderheid in TK vormenregeringscoalitie. Minderheidskabinet met gedoogsteun kan ook. Ministersmoeten wel het vertrouwen hebben van een meerderheid van de Tweede Kamer.Kabinetsformatie: 1. Zittend kabinet biedt ontslag aan (demissionair) na motie van wantrouwen/onenigheid in regering/aankomende verkiezingen. 2. Koning vraagt voorzitters EK/TK, vice-pres RvS en fractievoorzitters TK om advies. 3. Koning benoemt informateur, kijkt naar mogelijkheden kabinet. Daarna probeert formateur (vaak aankomende min-pres) kabinet te vormen. 4. Ontslag en benoeming bij KB (48 GW), contraseign KB door toekomstige min-pres. 5. Nieuwe kabinet stelt regeringsverklaring op met kabinetsformatie en programma.Antwoordplicht (68 GW): Ministers moeten inlichtingen verschaffen aan hetparlement als individuele kamerleden er om verzoeken: maar belangrijkegegevens verschaffen zonder verzoek! (inlichtingenplicht)Motie: verzoek of verklaring van de kamer als geheel en moet dus door de kameraangenomen worden. Ontevredenheid hoeft niet perse een motie vanwantrouwen te zijn.Recht van enquête (art. 70 Gw): het recht van het parlement om in bepaaldezaken een onderzoek in te stellen:

De regering mag in z'n eentje wel AMvB’s vaststellen (89 GW): hier is de SG nietbij betrokken.Wetgevingsproces (81 t/m 88 GW)Wanneer een begroting is vastgesteld mag de minister/de regering dit uitgeven.

Week 4

Rechterlijke onafhankelijkheid: art. 117 GW: rechters voor het leven benoemd.Hoogste rechter is Hoge Raad: cassatie in geval van vormverzuim of schendingvan het recht (art. 118 GW). Buigt zich niet over de feiten.Art. 94 GW: formele wet wel toetsen aan verdragsbepalingen/besluiten vanvolkenrechtelijke organisaties.Lagere regelingen mogen wel aan de GW/andere hogere regelingen wordengetoetst. Bij strijdigheid onverbindendverklaring.Harmonisatiewetarrest: toetsing van formele wetgeving aan het Statuut magniet: - Een wifm mag ook niet aan ongeschreven rechtsbeginselen getoetst worden. - Lagere regelgeving mag dat dan weer wel: AMVB kan dus aan beginselen getoetst worden Landbouwvliegers arrest. ● Controle op rechter door hoger beroep en cassatie, oordeel rechter dan onderworpen aan een andere (hogere) rechter. ● Openbaarheid rechterlijke uitspraken ● Rechter gebonden aan de wetgeving van de wetgever.Het is formeel en materieel verboden om te toetsen: inhoud en totstandkomingmag niet getoetst worden.

Week 5

Zelfstandige bestuursorganen: overheidstaken worden opgedragen aan min ofmeer zelfstandige organisaties die tot de overheid blijven behoren. Bijv. CBR,Nederlandsche Bank.

Ambtenaren op een ministerie zijn ondergeschikt aan de minister (44 lid 1 GW)en nemen besluiten namens de minister in mandaat (10:2 Awb).Territoriale decentralisatie: per gebiedFunctionele decentralisatie: per taak ➔ Waterschappen zijn beide!Provincie/gemeentewet: autonomieAndere wifm: medebewindBelastinginspecteurs = deconcentratie: zijn hiërarchisch ondergeschikt aan deminister, en verspreid over het langDecentralisatie: bestuursorganen houden zich bezig met 1 specifiek iets.In een wifz moet echt bij of krachtens staan, voordat er gedelegeerd magworden.HR Emmense Baliekluivers = anterieure gemeentelijke verordening, er was al eenverordening die baliekluivers verbood. Vervalt de nieuwe gemeentelijkeverordening dan van rechtswege? - Materie en doel moet hetzelfde zijn. - Object en motief moet gelijk zijn.Er moet dus sprake zijn van hetzelfde onderwerp.HR Wilnisser Visser: 149 Gemw: vissen op zondag was verboden, maar metgemeentelijke verordeningen moet een gemeentelijk belang zijn, het mag niet teveel in privéleven van inwonenden trainen. Als een gemeentelijke verordeninggedeeltelijk onverbindend is, is hij helemaal onverbindend.Normenhiërarchie: ★ EU-recht en internationaal recht met rechtstreekse werking ★ Statuut ★ Grondwet ★ Wet in formele zin ★ AMvB ★ Klein KB (bijv. benoeming burgemeester) ★ Ministeriële regeling ★ Provinciale verordening ★ Gemeentelijke verordeningGemeente: 1. Gemeenteraad: direct gekozen door inwoners van gemeente (volksvertegenwoordiging) 2. College van burgemeesters en wethouders: dagelijks bestuur. 3. Burgemeester: lid college B&W, niet van gemeenteraad.

Bij het EVRM valt alles onder ‘’bij wet voorzien’’ dus ook wetten in materiële zin enongeschreven recht!! 1. Bij de wet voorzien 2. Doelcriteria zoals opgesomd 3. Noodzakelijk in een democratische samenlevingDeze zijn cumulatief

Week 7

Dualisme: gescheiden nationale en internationale rechtsorde. - Doorwerking/interne werking enkel na transformatie in het nationale rechtMonisme: 1 geheel. - Verdragsregels hebben meteen toepassing in het nationale recht.Nederland is gematigd monistisch: geen transformatie van een een iederverbindende bepaling nodig. Nog wel wat dualistische trekjes: alleen een eenieder verbindende bepaling maakt meteen deel uit van de nationale wetgeving.Een ieder verbindende bepaling:HR Spoorwegstakingsarrest criterium: Art. 93 Gw: - Onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig om zonder meer als recht toe te passen in de nationale rechtsorde. - Nadere nationale regelgeving is niet noodzakelijkEen NIET een ieder verbindende bepaling: extra maatregelen van de overheidnodig!Costa/ENEL: het recht van de EU heeft voorrang op elk recht (ook bij dualistische

stelsels). Week 1

Een staat is een organisatie die: - effectief gezag van een overheidsorganisatie - gemeenschap van mensen - bepaald grondgebied^geen vereistenRigid constitution:Elk land heeft een constitutie, dit is een vereiste om gezag uit te voerenNiet elk land heeft een grondwet, bv Engeland.Constitutie = het geheel aan regels in een staat.Grondwet = een onderdeel van de constitutieMachiavelli: grondlegger op het gebied van leiderschap.

➔ De vorst is een symbool van de staat.➔ De vorst gebruikt macht voor orde, vrede en eenheid en niet voor persoonlijk gewin.John Locke: de individu is van nature vrij, dus het gezag van de overheid moetniet zomaar worden aanvaard. Soevereine vorst zorgt voor veiligheid. Wanneer ergeen veiligheid is, moet de vorst weg.➔ Sociaal contract➔ ‘by nature free’, wat zorgt voor chaosRousseau: sociaal contract: volkssoevereiniteit.Montesquieu: machtenscheiding, trias politicaIn Nederland hebben wij geen zuivere machtenscheiding:Gecentraliseerde eenheidsstaat: 1 grondwetGedecentraliseerde staat: 1 grondwet met meerdere territorialeoverheidsverbanden met zelfstandige bevoegdheden. > NederlandFederale staat: deelstaten met overkoepelende grondwet, maar deze hebbenook nog een eigen Grondwet.Democratie:● Verkiezingen○ Vrij & geheim○ Actief & passief kiesrecht● Machtswisseling○ Termijn verkozenen○ Niet altijd dezelfde personen● Parlement centrale rol○ Beslissende stem wetgevingRechtsstaatLegaliteitsbeginsel: geen overheidshandelen zonder wettelijke grondslag. Hetlegaliteitsbeginsel is niet gecodificeerd. Strafrechtelijk legaliteitsbeginsel wel.

  • Verbod van willekeur
  • Rechtszekerheid
  • Terugwerkende krachtDemocratische rechtsstaat:➔ Legaliteitsbeginsel➔ Machtenscheiding (wetgevend, uitvoerend, rechtsprekend)➔ Grondrechten➔ Onafhankelijke rechter (de rechter staat los van de partijen, mag zonderconsequenties uitspraken doen: rechters worden voor het leven benoemd)Geen macht zonder controle!Art. 57 Gw: uitdrukking van machtenscheiding.

Overige bronnen:Algemene maatregel van bestuur (AMVB): een koninklijk besluit afkomstig vande regering (dus zonder parlement) en betreft een avv. ➔ Wanneer er in de gw het woord ‘’wet’’ staat, is er altijd sprake van een wet in formele zin.Ongeschreven rechtsnormenInternationaal rechtRegering = koning + ministersKabinet = ministers + staatssecretarissen > staat niet in de wetDe regering is samen met de SG de formele wetgever > art. 81 GwKoning: onderdeel van regering, niet van kabinet (art. 42 lid 1 GW). Het kabinetvan de koning is een ambtelijke ondersteuning van de koning.Ministers: - Lid van regering > art. 42 lid 1 GW. - Zelfstandige staatsorganen - Benoemd en ontslagen bij KB (43 GW). De minister-president doet dat bij ontslag aftredende ministers/benoeming opvolgers bij kabinetswissel. - Leiding over ministerie (44 GW) ‘’Minister van ...” - Ministers zonder portefeuille (44 lid 2 GW) ‘’minister voor ...’’ - Art. 45 lid 1: ministerraad.hom*ogeniteit van het kabinet = geheimhoudingsplicht ten aanzien vanvergadering.Minister-president: - Art. 6 RvOMR - Ook minister van algemene zaken - Lid europese raad - Eerste onder gelijken, andere ministers zijn niet ondergeschikt maar hij is wel leider. - Beslissende stemStaatssecretarissen: - Sinds 1948 ondersteuning van de minister (46 GW) - Ondergeschikt aan minister - Afhankelijkheidsrelatie: biedt ook ontslag aan als minister aftreedt (gewoonterecht) - Plaatsvervanger minister, maar nooit echt stemrecht in de ministerraad. - Politieke verantwoordelijkheidKoninklijk besluit: - Ondertekend door koning

  • Contraseign: ondertekend door minister/staatssecretaris vanwege verantwoordelijkheidskwestie.AMVB:
  • Koninklijk besluit (89 lid 1 GW) met meer formaliteiten dan klein koninklijkbesluit.
  • Is een avv: herhaaldelijk toepasbaar die de burgers/overheid bindt.
  • Moet in staatsblad worden gepubliceerd
  • Art. 73 GW: adviesorgaan Raad van State moet worden gehoordStaten-GeneraalBestaat uit de EK en de TK en is ex art. 50 GW de vertegenwoordiging van hethele Nederlandse volk. Gelijkwaardig maar TK heeft het recht van initiatief venhet recht van amendement (wijzigen), EK niet.Tweede KamerTelt 150 leden, rechtstreeks gekozen voor in principe 4 jaar.Art. 56 GW: passief kiesrechtBelangrijk voor checks and balances.Onafhankelijk,Kiesstelsel: evenredige vertegenwoordiging & meerderheidsstelselStelsel van evenredige vertegenwoordigingVoordeel: streeft naar gelijkheid door afspiegeling van de verkiezingNadeel: veel kleine partijenZetelverdeling:Alle stemmen : aantal zetels = aantal stemmen die je nodig hebt om een zetel tekrijgen.1840: invoering contraseign en strafrechtelijke verantwoordelijkheid. Thorbeckevond dat het parlement nog meer macht moest krijgen.Luxemburgse kwestie = vertrouwensregel: vertrouwen genieten van demeerderheid van het parlement. Dit zal kenbaar worden gemaakt via eennegatieve motie van wantrouwen, die aangenomen moet worden door de kamer.Dan zal de minister naderhand ontslag moeten indienen.Er bestaat ook een positieve motie van wantrouwen (motie van vertrouwen),maar die bestaat in Nederland niet.Art 42 Gw: ministeriële verantwoordelijkheid.Geheim van Huis ten Bosch/Noordeinde: interne verhoudingen tussen koning enregering.

Als een motie onaanvaardbaar wordt verklaard, en daarna wordt aangenomen iser sprake van een motie van wantrouwen.

Week 3

Raad van State: voormalig adviesorgaan koning, nu adviesorgaan regering: zieWet op RvS. ➔ Bij het ontbreken van een regent oefenen ze koninklijk gezag uit. ➔ Art. 74 GW: koning is voorzitter. ➔ Dagelijkse leiding in handen van vice-president.Twee afdelingen: advisering en bestuursrechtspraak: - Onafhankelijk van regering - Leden voor het leven benoemd, rechtspositie bij wet geregeld, beperkte ontslagmogelijkheden (art. 74 BW).Afdeling Advisering RvS: horen bij alle wetsvoorstellen, ontwerpen van AMvB’sen voorstellen tot goedkeuring van verdragen (73 lid 1 GW). - Advies is openbaar (27c lid 2 WrvS), met uitzonderingen in art. 19 WRvS - Advies gaat naar S-G (art. 80 GW) - Initiatiefvoorstel vanuit TK is mogelijk (19/27 WRvS). - Brengt advies uit aan de indiener van een wetsvoorstelAfdeling bestuursrechtspraak: rechtsprekende bevoegdheid bijbestuursgeschillen op grond van Awb. Lid die betrokken is geweest bij adviesmag niet deelnemen bij het oplossen van het geschil.De regering mengt zich met de wetgevende en de uitvoerende macht. Wet informele zin: regering en staten generaal samen.Een wet in formele zin kan ook een wet in materiële zin (avv) zijn.De regering mag in z'n eentje wel AMvB’s vaststellen (89 GW): hier is de SG nietbij betrokken.Wetgevingsproces (81 t/m 88 GW)Wanneer een begroting is vastgesteld mag de minister/de regering dit uitgeven.

Week 4

Rechterlijke onafhankelijkheid: art. 117 GW: rechters voor het leven benoemd.Hoogste rechter is Hoge Raad: cassatie in geval van vormverzuim of schendingvan het recht (art. 118 GW). Buigt zich niet over de feiten.

Art. 94 GW: formele wet wel toetsen aan verdragsbepalingen/besluiten vanvolkenrechtelijke organisaties.Lagere regelingen mogen wel aan de GW/andere hogere regelingen wordengetoetst. Bij strijdigheid onverbindendverklaring.Harmonisatiewetarrest: toetsing van formele wetgeving aan het Statuut magniet: - Een wifm mag ook niet aan ongeschreven rechtsbeginselen getoetst worden. - Lagere regelgeving mag dat dan weer wel: AMVB kan dus aan beginselen getoetst worden Landbouwvliegers arrest. ● Controle op rechter door hoger beroep en cassatie, oordeel rechter dan onderworpen aan een andere (hogere) rechter. ● Openbaarheid rechterlijke uitspraken ● Rechter gebonden aan de wetgeving van de wetgever.Het is formeel en materieel verboden om te toetsen: inhoud en totstandkomingmag niet getoetst worden.

Week 5

Zelfstandige bestuursorganen: overheidstaken worden opgedragen aan min ofmeer zelfstandige organisaties die tot de overheid blijven behoren. Bijv. CBR,Nederlandsche Bank.Ambtenaren op een ministerie zijn ondergeschikt aan de minister (44 lid 1 GW)en nemen besluiten namens de minister in mandaat (10:2 Awb).Territoriale decentralisatie: per gebiedFunctionele decentralisatie: per taak ➔ Waterschappen zijn beide!Provincie/gemeentewet: autonomieAndere wifm: medebewindBelastinginspecteurs = deconcentratie: zijn hiërarchisch ondergeschikt aan deminister, en verspreid over het langDecentralisatie: bestuursorganen houden zich bezig met 1 specifiek iets.In een wifz moet echt bij of krachtens staan, voordat er gedelegeerd magworden.

Soorten beperkingen: 1. Competentievoorschrift: welk orgaan is bevoegd? ➔ ‘’Bij de wet’’ (wifz) 2. Doelcriteria: met welk doel wordt er beperkt? ➔ ‘’Bij de wet kan dit recht worden beperkt in het belang van de openbare orde’’ 3. Procedurevoorschrift: volgens welke procedure is beperking nodig?Pastafarisme arrest: er moet sprake zijn van een zeker niveau vanovertuigingskracht, ernst, samenhang en belang. (godsdienst/levensovertuiging)Bijzondere beperkingen: gaat om het beperken van het grondrecht, op basisvan de beperkingsclausule. Direct belang.Algemene beperking: er wordt een grondrecht beperkt, maar dat is niet debedoeling van de beperking. Indirect belang. BV: brandend huis in straat van eenkerk, waardoor mensen hun geloof niet meer kunnen uitoefenen, waarbij debedoeling dus is om de veiligheid te waarborgen, en niet om het recht opgodsdienstvrijheid in te perken.Sunday Times criteria:Art. 8-11 EVRMIn lid 1 staat de reikwijdte (pastafarisme)In lid 2 staat op wat voor manier de rechten beperkt kunnen worden.Bij het EVRM valt alles onder ‘’bij wet voorzien’’ dus ook wetten in materiële zin enongeschreven recht!! 1. Bij de wet voorzien 2. Doelcriteria zoals opgesomd 3. Noodzakelijk in een democratische samenlevingDeze zijn cumulatief

Week 7

Dualisme: gescheiden nationale en internationale rechtsorde. - Doorwerking/interne werking enkel na transformatie in het nationale rechtMonisme: 1 geheel. - Verdragsregels hebben meteen toepassing in het nationale recht.

Nederland is gematigd monistisch: geen transformatie van een een iederverbindende bepaling nodig. Nog wel wat dualistische trekjes: alleen een eenieder verbindende bepaling maakt meteen deel uit van de nationale wetgeving.Een ieder verbindende bepaling:HR Spoorwegstakingsarrest criterium: Art. 93 Gw: - Onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig om zonder meer als recht toe te passen in de nationale rechtsorde. - Nadere nationale regelgeving is niet noodzakelijkEen NIET een ieder verbindende bepaling: extra maatregelen van de overheidnodig!Costa/ENEL: het recht van de EU heeft voorrang op elk recht (ook bij dualistischestelsels).

Staatsrecht - Samenvatting beknopt week 1-7 - Week 1 Een staat is een organisatie die: - effectief - Studeersnel (2024)
Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Dong Thiel

Last Updated:

Views: 6488

Rating: 4.9 / 5 (79 voted)

Reviews: 94% of readers found this page helpful

Author information

Name: Dong Thiel

Birthday: 2001-07-14

Address: 2865 Kasha Unions, West Corrinne, AK 05708-1071

Phone: +3512198379449

Job: Design Planner

Hobby: Graffiti, Foreign language learning, Gambling, Metalworking, Rowing, Sculling, Sewing

Introduction: My name is Dong Thiel, I am a brainy, happy, tasty, lively, splendid, talented, cooperative person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.